bannerperu
 

Dag 8: Busrit naar Chivay

15 juli 2008

 

reservaat Salinas en Aguada Blanca
 
groepje vicuñas
 
peruaanse
 
reservaat Salinas en Aguada Blanca
 
Castillos van Callalli
 
Castillos van Callalli
 
 

Opstaan om 5u30, vertrek om 7u. We rijden vandaag naar de Colcavallei waar we rijden tot Chivay op 3633meter hoogte. We passeren de Chachani, die barstte 4 keer uit. De lava heeft gezorgd vor een vruchtbare bovenlaag. Van december tot maart (regenperiode) zijn de gronden erg groen. We rijden langs een bergpad dat bezaaid is met cactussen, waarvan de naalden (ze kunnen tot 22cm lang zijn) gebruikt werden door de Inca's in hun weefgetouwen. We passeren de besneeuwde berg Nevado Ampato (meer dan 6.000 meters hoog) waarop Juanita (naast drie anderen op andere tijdstippen) geofferd werd omdat de natuur de Inca's te streng strafte (tegenslag in de oogst, vulkaanuitbarstingen, enz.). Meestal werden lama's geofferd. We klimmen tot 4.400m, met wisselende plantengroei, slangen, wilde katten en de condor.

Water is van levensbelang zoals overal in de wereld. We pauzeren voor een fotoshoot op zo'n 3.000meter hoogte en op de achtergrond de Nevado Ampato, de berg van Juanita . We zien de Chachani langs de achterkant. Ishugras dient voor het dak van huizen, voor touwen en vroeger voor schoeisel voor de Inca's. De Vicunias waren bijna uitgestorven. In dit beschermd gebied worden ze gefokt. Ze leven op drie wijzen: of in groepen met een mannetje, 30-40 mannetjes samen die uitgestoten zijn door een sterker of een oud uitgestoten mannetje alleen. Vrouwtjes dragen 11 maanden. Deze vicunias worden achtervolgd op Incawijze (met drijfjacht) en schering per 3 a 4 jaar. 1 kg vicunia = 4 dieren scheren. We zien een eerste groepje van een mannetje met 6 wijfjes. We zien een nederzetting van een met dieren rondtrekkende familie. We zijn op ongeveer 4.000meter. Eenmaal per jaar gaan deze mensen hun producten verkopen in de stad. Als de opbrengst groot genoeg is kunnen ze weer wat bijbouwen. Het water is hier nog bevroren van deze nacht. Het is nu 9u25. We kunnen een vicunia fotograferen met op de achtergrond de vulkaan Misti (die we nog kennen uit Arequipa).

We stoppen in Peoje, een klein dorpje op 4000m en drinken cocathee. De legende vertelt dat de lama's eerst hier boven leefden, en toen de mens hier kwam, had de lama een zodanig medelijden, dat hij die mens ging dienen, vandaar het domesticeren. Een andere legende vertelt dat God medelijden had met de nomaden. Hij nam vier stenen en veranderde die in de vier wolgevende diersoorten zodat de mens kon overleven. De lama is erg bruikbaar als stof voor kledij, voor vlees. Maar alpaca is beter. In afgelegen dorpen wordt een levende lama opengesneden door een priester. Die haalt het hart eruit terwijl het nog klopt als offergave voor een goede oogst, zwangerschap, enz. We zien kralen om 's nachts de dieren te beschermen. Ze bestaan uit kunstig op elkaar passende steenlagen. We kunnen ook een kudde mannelijke dieren fotograferen. We bezoeken een herdersfamilie aan hun kraal met alpaca’s en lama's. Alpaca's hebben een gedrongen gezicht en het is behaard, daarin verschillen ze van lama's. Lama's dragen lasten, alpaca's niet. Een kilo lamavlees brengt 2.5 sol op, veel te weinig om van te leven. Ook de wol brengt niet veel op. Daarom trekken ze weg. School gaan is erg ver, vaak uren stappen. Kinderen trekken ook naar de stad, enz. De herders zijn vaak nomaden, die voor maanden op tocht gaan en kleine nederzettingen maken. Anderen blijven rond hun woning trekken.

We zien kleine windhozen, een cara cara scheert door de lucht terwijl de flamingo’s rond het water stoeien. De meertjes (90% aangelegd door de herders, de rest zijn natuurlijke meren) bevatten drinkbaar water, ze vormen een microklimaat omdat het er rond minder vriest. We ontmoeten de Andesgans, die trouw als koppel leven. Op 4400m hoogte passeren we de valleipoort van de colcavallei. Dan dalen we terug naar 3700m. Zelfs op 4400m is er bloemenpracht. In de Colca leven 20.000 mensen. Door het toerisme is de uittocht gestopt. Zelfs een vos kruist ons pad. De vallei herbergt veel koeien en stieren, stieren voor het vlees, koeien voor de melk. Er liggen zeven dorpen aan elke kant van de Colcarivier. In de 11'de tot de 15'de eeuw leefden hier twee groepen: de Cowana's (ze dragen een soort bolhoed met erg mooie kleding) en de Kabana's (ze dragen witte hoeden) en werden overheerst door de Wari, daarna de Inca's. Maar de klederdracht is gebleven. Deze volkeren leven in verschillende dorpen en spreken een andere taal. Pas nu komen gemengde huwelijken voor.

Chivay beschikt nog maar 13 jaar over elektriciteit. Langs de weg passeren we de rotsformaties, die 'de kastelen van de Colca genoemd worden. Het dorpje Callalli is een van de veertien dorpjes, met typische Kabana-vrouwen. De cactussen liggen al ver achter ons, de fauna en flora is compleet gewijzigd door de bevloeiing van de Colcarivier. De Mismiberg in de Colca voert zijn water als bron van de Amazone. De eucalyptus zuigt veel water, groeit snel en geeft goede kwaliteit hout. De locale bevolking (Inca's) moesten van de Spanjaarden samenwonen rond de kerken. Wie toch geïsoleerd bleef wonen werd gestraft door huizen met de inwoners op te branden. Vooral in de hoger gelegen delen weigerden de Inca's te vertrekken. Chivay is het hoofddorp van de Colca met 5.000 inwoners Het dorp is rijk aan monumenten zoals Mayta Capac. En wonderwel, de cactussen zijn terug aanwezig. Het middagbuffet (om 14u) was uitgebreid en lekker met veel lokalegerechten. Daarop volgt een welgekomen platte rust want velen hebben de meer dan vierduizend meter niet zonder probleem(pjes) overleefd. De lokale markt is echt inheems en prachtig, 1.000sol voor het mooiste stel kleed, een normaal kleed kost 250sol. In een lokaal restaurant eet je voor enkele sol, een volle soep met vlees 1,5sol. Naaisters zijn aan het werk op de markt. Ook de slippers gemaakt van oude autobanden trekken de aandacht. Handschoenen, tafellakens, handtasjes, alles vindt kopers. Het hotel is minder van infrastructuur, vooral warm water en elektriciteit geven ongemakken, maar het eten en de service is wel goed.