bannerperu
 

Dag 13: Chinchero en de zoutmijnen van Maras

20 juli 2008

 

 
Chinchero
 
Chinchero
 
vrouwen drinken Chicha bier op de markt van Chinchero
 
Inca tempel in Chinchero
 
aardapelen rooien
 
Moray: Experimenteer terrassen van de Inca's
 
zoutmijnen van Maras
 
 

De heilige Vallei is zonder twijfel een van de toppers van de reis. Cusco is gelegen op 3.400m hoogte. We zullen toppen zien van 6.300m. 4.000jaar geleden: de zon bepaalt alles. Hier is het zomer en de zon komt op in het noorden. De Melkweg, de sterren, de zon en de maan bepalen heel wat in het leven. Quito was het centrum van de wereld, het midden van noord en zuid. Machu Picchu was het centrum van de wereld. Er waren vele stammen actief voor de Inca's.

Bij het ontdekken van Machu Picchu is veel kunst in zilver en goud overgebracht naar de universiteit van Yale (USA), om die stukken te bestuderen, maar ze keerden niet terug. Dat zit de Peruanen nog steeds erg hoog. Er worden pogingen ondernomen om deze voorwerpen terug te krijgen, tot op heden zonder succes.

Er zijn 3 toppen waartussen Cusco ligt. Cusco-Machu Picchu liggen 120 km uit elkaar. De Veronica is een spitse top die eeuwig besneeuwd is. In deze vallei bevat de grond veel koper. Alle werk moet met de hand gebeuren. De toppen zijn 6200 tot 6300m hoogte. Op 3900m hebben we een prachtig uitzicht. Chinchero ligt zeer hoog, toch nog zonder sneeuw. Nergens ter wereld kan je zo hoog staan met zo'n mooi weer. De Victoria is de top van 6.000meters. Voor onze gids is Cusco het centrum van de wereld bekeken vanuit het heelal. Chinchero was een overnachtingplaats tussen Cusco (2 dagen) en Machu Picchu (10 dagen). Diverse planten leveren de basis voor het kleuren van de wol. Met limoen worden de tinten aangebracht in de kleur. De grootmoeder kent alle symbolische tekeningen van de weefstof van buiten en leert het aan 7-jarige kinderen. Elke tekening heeft zijn betekenis. Hoe ingewikkelder de tekening of het afwerken van boven- en onderkant, hoe duurder de stof wordt. Het marktje van Chinchero waar deels aan ruilhandel werd gedaan is zeer typisch. We hebben een prachtig zicht op de Heilige Vallei en de hoge bergen. Ook hier zijn de huisjes gebouwd van adobesteen. We doorkruisen drie plateaus na elkaar. Er zijn wel 200 verschillende graansoorten die hier worden geteeld. De ossen spelen een bijzondere rol. De stieren en andere tekens (o.a.kruis, vlag, enz.) op de daken zorgen voor bescherming en maken deel uit van het bijgeloof. Manco Capac kwam van het Titicacameer naar hier omdat de streek zo herbergzaam was.

Peru heeft alle troeven in handen (ertsen, vruchtbare gronden, kust, oerwoud, landbouw) maar door bijzonder slecht onderwijs komt er geen structuur en blijft alle economische activiteit zwak georganiseerd. Samenwerken, samen opbouwen zoals vrouwen doen in kleine gemeenschappen zou veel problemen kunnen oplossen mits goed onderwijs. Waarom eten ze de aardappel (300 soorten) niet die ze zelf in overvloed produceren en gaan ze rijst kopen? Dat is het onbegrijpelijke in Peru. Een Amerikaanse valkensoort heeft de condor hier verdreven.

We zien een gezin op het land met een ossenstel. De familie bestaat uit vijf zonen en vier dochters. De dochters werken bij een andere buur en verdienen 5 sol per persoon om te werken van 8u tot 15u. In Mora zien we cirkelvormige terrassen die de vruchtbaarheid bevorderen. De stenen zijn aangevoerd via de rivier vanuit de Heilige Vallei.

De ronde terrassen van Moray dienden ten tijde van de Inca's om planten aan te passen aan de koude omgeving. De terrassen hebben op hun beurt niveaus, waardoor de planten naar hogere niveaus konden doorstromen en geleidelijk groeien naar de natuurlijke biotoop.

We stoppen even voor het dorsen met ezels en een adobesteenbakkerij.

Maras is het volgende regionale stadje (maar ook de naam van het plateau) waar we een openluchtzoutmijn bezoeken. Er zit natuurlijk zout in de ondergrond dat door een warmwaterstroompje uit de berg wordt gevoerd. Op terrassen van verschillende hoogten wordt het water verdampt. Na vier weken is het water verdampt en kan geoogst worden. De zoutterrreinen zijn overgegaan naar de lokale bevolking na de overname van de Spanjaarden.

Voor een zak van 50kg zout krijgen de lokale bevolking 25sol. 6.000ton wordt er per maand geoogst. Elke zak moet manueel naar beneden gedragen worden. Nu 3.400m, de ideale hoogte voor aardappelen, bonen en gerst. De zoutmijn ligt op 2.900m, we gaan eten op 3.900m. Voor Peru is niks onmogelijk. Het is ongelooflijk, je zit op 3.400m, je kijkt naar de bergen met sneeuw (over de 6.000m). Het landschap ertussen overbrugt dus 2.600m, onvoorstelbaar dat je een dergelijk niveauverschil zo op een foto kan weergeven. Je verliest in Peru elk besef van afstanden in de natuur.

In Duruamba, 60.000 inwoners en de hoofdstad van deze regio, gaan we eten aan de rand van die stad in een nieuw, middeleeuws aanvoelend restaurant met plaatselijke en Japanse keuken. Heerlijk, stijlvol en lekker, met zicht op de Urubambarivier. Je zou voor minder op reis gaan.

Om Cusco terug te bereiken moeten we nog 1,5u rijden.

Het is mooi om de zon te zien ondergaan. We zien de Sarasaraj, weerom een sneeuwtop van meer dan 6.000meters hoog.

Na zonsondergang komt in het oosten de ster Jupiter (wij zeggen de poolster?) daarna komt de maan op.

Cusco was een meer, een berg scheurde, het water liep weg en de Inca's hebben het moerasgebied omgevormd tot een stad die nu 400.000 inwoners telt.

Een avondwandeling laat zien dat het om en zeer mooie stad gaat. Benieuwd wat de Inca's ons morgen aanbieden.